Beste Lezer,

 

Het is een tijd geleden dat ik je heb geschreven. Sorry daarvoor maar ik was iet of wat vertwijfeld.

Of liever: ik begon mij af te vragen of dit schrijven nog wel zinvol was. Ook ben ik een tijdje van mijn deur weggebleven. Ik heb altijd de gewoonte gehad om wie voorbij komt te groeten. De laatste jaren, tijdens de coronatijd, werd die groet gretig beantwoord. Daar was ik erg blij mee, de mensen waren zo vriendelijk en velen hadden meer tijd dan ooit. Maar na corona leek het wel of de passerende mensheid een metamorfose had ondergaan. Al van in de vroege ochtend lopen velen in zichzelf gekeerd of afwezig voorbij. De ‘goede morgen’ lijkt tot een ander tijdperk te behoren. Schoolgaande jongeren lopen met hun neus op of in hun telefoon.

Ze praten niet maar tikken gehaast op dat kleine bakje, ik zie ze grinniken, soms zwaaien…allemaal naar dat toestel. Maar ook volwassenen zijn druk met dat toestel aan de gang.

Ik voel me hier vaak, onzichtbaar, voor piet snot staan. Mensen van vlees en bloed lijken er niet echt meer toe te doen. Wanneer ik hardnekkig ‘goede morgen’ of ‘goede avond’ blijf zeggen kijken velen verbaasd, of zelfs een beetje verstoord, op naar mij, ‘dat rare mens’.

Vooral de kleuters reageren nog welgezind, al lang blij dat een levend persoon hen aandacht schenkt. Ook de stokouden, voor wie een smartphone een accessoire te veel is - ze hebben immers hun handen vol met zichzelf rechthouden - maken nog een praatje in het langzaam voorbij schuifelen.

Daarom dacht ik: ja, ik moet volhouden en blijven contact maken voor zij die dat prettig vinden. En wie weet komt er ooit een dag waarop iedereen weer blij is dat toch iemand in de straat mensentaal spreekt.

Beste lezer, ik zal je ook blijven schrijven al is een brief misschien te lang, want geen mail, sms of appje waar lezen slechts een kwestie van seconden is. Ik koester de ijdele hoop dat er hier en daar iemand is die nog graag af en toe een brief leest. Al was het maar om dit ‘erfgoed’ in ere te houden.

 

Mvg,

 

Frauke J.

Comment