Brief aan Rainer Maria Rilke (2)                   Leuven, vrijdag 26 januari, 2018

 

Beste Rainer Maria,

 ‘..verwacht het antwoord op uw vragen niet van buiten, vragen die u alleen met uw meest innerlijke gevoel in uw stilste uur misschien kan beantwoorden’(R.M.R).

In een brief geeft u de jonge dichter de raad de blik niet op de buitenwereld te richten maar te kijken met ‘de ogen van een kind, naar iets vreemds, vanuit de diepte van je eigen wereld de weidsheid van je eigen eenzaamheid…’

Het is een moeilijke boodschap voor wie zich vandaag beweegt in een sterk veranderende wereld en onderhevig is aan veel prikkels van buitenaf.

‘..in ons stilste uur en van de wereld weg…’ Deze woorden versta ik niet als ‘trek u van de wereld niets aan’ ; ik vermoed dat u met deze woorden aangeeft dat de dichter zich af en toe van het dagdagelijkse moet ontdoen en dat stilte daarvoor een noodzaak is. Een stilte die nodig is om bij zichzelf te blijven, waardoor er ruimte ontstaat om iets te maken. Een creatie die zichzelf niet voorbij loopt maar uit de dichter zelf, die in de wereld van nu leeft, geboren wordt.

U zeer genegen,

c.s.

Comment