Brief 1 Virginia Woolf
Dierbare Virginia, Leuven, juni 2018
Het lijkt of ik u al jaren ken: uw geschriften zijn in mijn al lange bestaan gesijpeld. Een deel van uw visie - over schrijven, de samenleving, relaties -draag ik met me mee alsof het verworven erfgoed is. Zelf zocht u inspiratie bij Dostojevski.
U schrijft over ‘het schrijven’ :”Niet knutselen met woorden, maar vanuit een gevoel schrijven. Anoniem worden, iemand die schrijft omdat ze het graag doet, vanuit het diepst van de gevoelens schrijven.”Een dergelijke houding aannemen is leven op het scherp van de snede. Om zoals u te kunnen schrijven is het nodig om zichzelf en zijn omgeving voortdurend te bevragen. Zelf ben ik ook een pleitbezorger van dit zoeken naar de diepere lagen in het beschrijven van personages en hun context.
U en ik leefden, leven in andere tijden. In de tijdsgeest waarin u leefde was het voor een vrouw niet vanzelfsprekend te schrijven, eigen standpunten in nemen en die ook neer schrijven was helemaal ongewoon. Elke tijd heeft zijn schaduwzijden, elke samenleving haar pijnpunten. Tot op vandaag echter blijven thema’s, zoals vrouwenrechten, vrije meningsuiting, ruimte in onderlinge relaties, zelfontplooiing, nog aan de orde. Het blijft confronterend gedachtengoed.
Zoals bij vele schrijvers speelde uw schrijverschap zich veelal in de schaduw af. Het moeizame proces tussen functioneren in het dagdagelijkse en het langzame zoeken en ineen puzzelen van diepzinnige verhalen, de bijzondere sensitiviteit om ‘het’ plots te zien vraagt veel van de mens, vroeg bijzonder veel van u.
‘..waarom valt er in het leven niets te ontdekken? Iets waar je je vinger op kunt leggen en zeggen: dat is ‘het’? Ik zoek, maar dat is ‘het’ dan niet…Dan ineens zie ik de bergen in de lucht: de machtige wolken, en de maan die boven Perzië is opgekomen; op dat moment heb ik het grote verbijsterende gevoel dat ik daarin iets ontdek dat ‘het’ is.”
‘Het’ ontdekken is een kwestie van kijken en aanvoelen. Soms is het daarvoor nodig om puin te ruimen, om het pure van de schijn te onderscheiden. Het’ ligt vaak in een klein intens moment waarin we ‘het’ tot ons willen laten doordringen.
Met deze gedachten over schrijven besluit ik deze brief.
U zeer genegen,
Chantal Sap