Beste Lezer,

 

Zonder het te beseffen leren we eigenlijk best veel bij in deze bijzondere tijden. We leren bij over onze gezondheid, over het effect van een virus op de mensheid. We leren grafieken verstaan, omgaan met cijfers.

Door dit virus kennen we intussen een amalgaan aan nieuwe woorden: bubbel, cluster, mondkapje, de anderhalve meter, lockdown, staycation… en ga zo maar door.

Het moeilijkste woord vind ik toch wel ‘kwetsbare mensen’: het is geen nieuw begrip maar het is ingewikkelder geworden. Daarom wil ik er even bij stilstaan.

Wie is vandaag ‘een kwetsbare mens’?

Vroeger was dat duidelijk: mensen die geen dak boven hun hoofd hadden, geen geld (maar schulden) om voldoende eten of kleding te kopen. Maar vandaag zijn er een heleboel categorieën ‘kwetsbare mensen’ bijgekomen. Het was verschieten voor alle 65-plussers dat ook zij plots bij de kwetsbare ouderen horen. Vorig jaar vonden zij voor zichzelf nog het vitale woord ‘Jagger’ uit, en nu dit.

Al wie in een instelling verblijft en ouder is dan twaalf, is tegenwoordig ‘een kwetsbare mens’, en al wie door corona zijn job kwijt is, de zaak moet sluiten, geen culturele evenementen meer kan organiseren eigenlijk ook.

Wanneer je er wat dieper over nadenkt zijn we eigenlijk allemaal kwetsbare mensen want we zijn allemaal, meer dan ooit, sterfelijk. Jamaar, zie ik je nu tegenstribbelen, lezer: de ene mens is toch zoveel kwetsbaarder dan de andere, en dan hebben we het over in het ziekenhuis belanden. En ja, daar heb je een punt. Maar wie net een zaak is begonnen en zware schulden heeft, is toch ook erg kwetsbaar. Of de afgestudeerde die nu een job moet zoeken. Of wie omwille van allerlei redenen op dit ogenblik moeilijk zijn weg in het leven vindt en nu met kleine en grote bubbels nog meer getroffen wordt: die is toch ook erg kwetsbaar?

Kortom, er zijn vele vlaggen die de lading dekken - je zou er het noorden bij verliezen!

Misschien benoemen we beter de problematiek van mensen dan ze allemaal onder één paraplu te schuiven. Wat denk jij, lezer?

 

Mvg,

 

Frauke J.

Comment