Beste Lezer,
Geef toe, het leven is anders en beslist niet makkelijker wanneer u noodgedwongen thuis zit. Ik stel me zo voor hoe het er bij u aan toe gaat.
U, lezer, die thuis zit met kleine of grotere kinderen: u hebt wellicht de handen vol. De kinderen moeten aan het werk gezet worden vooraleer u zelf aan het telewerk kunt beginnen. Uw jeugdige spruiten hebben af en toe een pauze nodig, maar wild over de speelplaats rennen zit er niet in. Daar moet u dus ook nog iets op verzinnen.
U, lezer, die in een tehuis of ziekenhuis verblijft en naast de zorgen om uw gezondheid, de pijn die u lijdt, ook nog geliefden en vrienden moet missen – die zelfs deze brief wellicht niet kunt lezen.
U, lezer, die thuis alleen bent met een geschrapte lijst van dingen-te- doen. Hoe de tijd zinvol invullen is de vraag. Hoe zal u die dagen doorkomen zonder de gewone verplichtingen en vertier?
U, student, die op u kot zit en hier en daar een online les volgt: hoe zal u de rest van de tijd nuttig en zinvol doorbrengen?
Jullie kleine en grote kinderen die normaal gezien jullie dagen op de schoolbanken doorbrengen: hoe zullen jullie met het thuisonderwijs omgaan, en zal er genoeg bewegingsruimte zijn om al jullie energie kwijt te raken?
U, lezer die met allerlei psychische, fysieke of materiële moeilijkheden kampt: kunt u het nog allemaal overzien?
U, oudere man en/ of vrouw die thuis, afgesneden van uw ruimere familie, de dagen moet doorkomen: kunt u alle hindernissen nemen?
En hier hoe zit het bij mij, hoe zal ik vanuit mijn schuilplek door de dagen komen? Het lijkt me niet aangewezen om veel aan mijn deur te staan. Het voelt vreemd dat ik werkeloos moet toezien, weinig kan doen, terwijl er mensen zijn die hun leven wagen om andere levens te redden of van voedsel, brieven en kranten te voorzien.
Maar wat kan ik doen vanuit mijn kleine bescheiden plaats, vraag ik me af, en wat is dan solidair zijn?
Misschien kan ik beginnen met de situatie zoals ze nu is te aanvaarden, hoe moeilijk en angstaanjagend ook. Het ongemak verdragen en het motto van goede vrienden in ere houden: ’het is wat het is’. Ik doe een poging om te kijken naar het glas dat nog een beetje vol is.
Misschien kan ik alle uitgestelde klussen doen, denk ik dan, het zijn er tenslotte heel wat.
Misschien kan ik me zo organiseren dat ik iedereen die het nodig acht een riem onder het hart kan steken (telefonisch of briefgewijs).
Misschien kan ik iets nieuws leren, zoals mijn telefoon en computer beter leren gebruiken.
Misschien kan ik mijn talenten zo goed mogelijk inzetten ten voordele van iedereen: helaas ben ik geen naaister, anders maakte ik mondmaskers, helaas ben ik oud, anders deed ik boodschappen voor anderen, helaas kan ik geen muziek maken, anders speelde ik elke avond een nummer voor mijn omgeving.
Misschien kan ik, vanuit mijn schuilplek, gewoon doen wat ik wel kan: u online brieven schrijven (en proberen ze zo vrolijk mogelijk te houden). Of misschien kan ik u onlineverhalen vertellen voor het geval u niets meer te lezen hebt.
Bij leven en welzijn leest u me nog.
Mvg,
Frauke J.